14 Mei "Speelstuk"

Van het nummer "Lean on me" heb ik een speelstuk gemaakt, met twee melodie-partijen en een gitaarpartij. De bedoeling is dat de kinderen in twee blokuren tijd het nummer samen kunnen spelen.

Ik heb het nummer strak getrokken op de maat, d.w.z. geen voorgetrokken noten. Dit heb ik gedaan omdat ik dacht dat de kinderen nog geen bogen en punten in de bladmuziek konden lezen. Maar nadien begreep ik van Jochem dat ze dit al wel geleerd hebben. Jammer, dit had ik beter kunnen onderzoeken van te voren, want eigenlijk had ik het nummer dus gewoon in zijn oorspronkelijke groove kunnen laten.


Andre geeft de inleiding van het speelstuk (wat gaan we spelen, hoe klinkt dat enz.) en ik maak de groepsindeling. Bij het indelen van de groepen wordt nogal veel gekletst en geroepen: "Ik wil gitaar spelen Juf!! Nee ik! Ik wil op het keyboard! Ik ook! Mogen wij het zingen?? Ik ken hem al, mag ik dan drummen?". Dit had te maken met het feit dat ik langs de tafels liep om de kinderen in te delen. Ik had beter voor de klas kunnen staan om hun namen te roepen, met hun instrument. Dan hadden ze waarschijnlijk minder tegengestribbeld.

Om de kinderen een beetje in het liedje te laten komen, laat ik nog een filmpje van "Lean on me" zien. De kids krijgen nog wat aanwijzingen van Andre (met welke noot beginnen de stukjes ed).
Dan wil ik duidelijk maken dat als ze hun eigen melodietje kennen en ze dat aan 1 van ons kunnen laten horen, ze mogen gaan drummen of een andere partij mogen spelen. Juist ja...dit komt zelfs nog onduidelijker over dan hoe ik het hier opschrijf. Dus die kids hebben zoiets van; "Huh? Drummen? JEEEJ!!! Gaan we nu Drummen?? Drummen, drummen, drummen!!!!". Mmm...ik had het beter niet kunnen zeggen.

Allemaal aan de slag! Andre helpt de kinderen die melodie 1 en 2 op keyboard spelen en ik ga bezig met de kinderen die gitaarakkoorden spelen.
Dit gaat super. Eerst leg ik de akkoorden uit, aan de hand van gitaarakkoordsymbolen. Ik stel de kids vragen; hoe denk je dat je je vingers moet neerzetten, welke snaren mag je WEL aanslaan en welke juist niet, hoe wordt dit weergegeven in het akkoordsymbool? Als iedereen alle drie de akkoorden kent, spelen we eerst de eerste regel waarin maar twee akkoorden zitten. Ik tel af en blijf meetellen. Dit gaat prima en we herhalen het. Vervolgens spelen we de tweede zin, waar alle drie de akkoorden inzitten. Dan beide regels achter mekaar.

Nu mogen de kinderen zelf oefenen zonder mij. Ik stel de vraag; hoe kunnen jullie dit aanpakken zonder dat het een zooitje wordt? Uiteindelijk komen ze op het idee om, in een cirkel, om de beurt 1 regel te spelen...waarbij degene die als laatst heeft gespeeld de maat telt.
Ik blijf erbij zitten, maar hou mijn mond en laat de kinderen werken. Het gaat helemaal goed, iedereen is met zijn aandacht erbij...want je staat natuurlijk voor aap als je niet meegaat in de flow van het liedje.


Dan gaat de bel. Samen met Suzan, Jochem en Andre hou ik een evaluatie. Suzan heeft met name op Andre gelet...omdat hij ziek was toen Erzsi bij ons op bezoek kwam. Toch komen er voor mij ook heel wat leerzame dingen naar boven.

- geef tijdens de inleiding van een speelstuk een duidelijke studeermethode (groove, tempo) en doel (beloning) aan...dan weten de kinderen goed waar ze mee bezig zijn en zijn ze rustiger.

- wees heel duidelijk in je instructies, vertel alleen wat belangrijk is en bied structuur.

- beloon de kinderen aan het eind van de eerste les al (en niet pas aan het eind van twee blokuren)...bijvoorbeeld door nog eens met zijn allen tegelijk te spelen wat we vandaag geleerd hebben. Dan hebben ze voldoening als de les is afgelopen.


Een hele leerzame les!

Geen opmerkingen: